Frank Jan van Wingerden

08 Het Slangenorgel

Het Slangenorgel:

In 2001 voltooide ik de bouw van mijn huisorgel, deels  met oude- deels met zelf ontworpen en gemaakte onderdelen. Ik ben er drie jaar mee zoet geweest het te maken maar het is wel een genot om zoiets in je eigen kamer te hebben.

Het heeft een zeer wonderlijke lade zonder tooncancellen en alle pijpen staan op een conduct. De conducten zijn van doorzichtig PVC slang. Het voordeel hiervan is dat men uit een register "bijna straffeloos" een transmissie kan maken. Zo is de Gemshoorn 4 van het hoofdwerk  de Gemshoorn 8 van het nevenwerk. Bij de grootste pijpen is dat conduct zelfs ruim anderhalve meter lang.

Door het ontbreken van wellenborden voor de beide manualen worden alle pijpen via slangen  gevoed. Daarom heb ik de naam slangenorgeltje verzonnen. Er zitten tientallen pvc meters slang in het instrumentje. Dit maakt de toon zeer aangenaam, want de orgelwind komt helemaal tot rust voor ze de pijpen bereikt.

Het orgeltje is mechanisch en heeft alleen voor het pedaal een walsraam. De mechanieken zijn allen zelfbedacht en gemaakt. Dit bleek uiteindelijk de grootste klus. Het pijpwerk is deels gekocht, deels gekregen overtollig geworden materiaal. De winddruk is slechts 45 millimeter waterkolom.

Veel hulp heb ik ook gekregen van mijn vriend en orgelbouwkundige Gerard Mulder, die vooral bij de afwerking en intonatie een belangrijke rol heeft gespeeld. Helaas is hij plotseling overleden tijdens een vakantie naar Rome in het voorjaar van 2008. Heel tragisch hij was nog maar 59 jaar oud.

Door het ontbreken van extreem hoge registers klinkt het orgel heel intiem en niet schel. Het was niet mijn bedoeling om een klein kerkorgel te bouwen. In een studeerkamer werkt dat niet. Er moet ook aan een orgeltoon iets te "raden" overblijven.

Heel vermoeiend is het als orgelpijpen constant alles geven wat ze kunnen. De kas kan verder op allerlei manieren open van achteren en van voren. Ook dat levert nieuwe klank intensiteiten op. Het klinkt dan minder of meer direct. Zo verveelt een orgel niet gauw, ook al is het maar klein.

hoofdwerk(grapje)
8` Holquint (spreekt permanent)
4` Gemshoorn
Keerkoppeling (dus   I + II   en   II + I)

nevenwerk
8` Gemshoorn
4` Gedektefluit
3` Quint


pedaal

Omvang C - f1
permanent aangehangen aan het hoofdwerk
(+ baskoppel aan II voor het onderste octaaf)

Klavieromvang C tot g´´´

Op de pagina  Orgelstriptease vindt u 12 afbeeldingen van dit instrument. Zie ook
www.orgelsite.nl (ga naar Huispijporgels – Capelle aan den IJsel)